De politieke dominantie van hoogopgeleiden
Martin Bosma wijst op een gepubliceerd artikel (door Wouter Schakel en Daphne van der Pas, zie hieronder) over “de politieke dominantie van hoogopgeleiden”. Martin Bosma wijst op een aantal interessante conclusies die de auteurs zelf stellen:
1. “Zo mogelijk is de ongelijkheid echter nóg groter. In de eerdergenoemde analyses bestaat de groep van hoogopgeleiden uit de bovenste 20% van de opleidingsverdeling. In die groep zitten naast universitair geschoolden ook veel HBO’ers (en soms, zeker in eerdere jaren, mensen met hoger voortgezet onderwijs). Als we deze groep verder opsplitsen blijkt dat universitair geschoolden nog beter worden vertegenwoordigd dan mensen met een HBO-diploma. Kortom, het is niet zo dat politieke invloed geleidelijk toeneemt met iemands opleidingsniveau: de hoogstopgeleiden hebben veel invloed; de rest van de bevolking weinig of geen.”
2. “Onderwijsongelijkheid produceert politieke ongelijkheid.”
3. “Deze conclusie heeft grote gevolgen. Als opleidingsgroepen gelijk werden vertegenwoordigd zou Nederland er heel anders uitzien. Om een paar voorbeelden te noemen: sociale voorzieningen zouden worden uitgebreid, de verschillen tussen rijk en arm zouden kleiner zijn, immigratie zou meer worden beperkt, criminaliteit zou harder worden bestraft en Europese integratie zou worden teruggeschroefd.”
De auteurs stellen zelf dat veelal hoogopgeleiden vermoedelijk blij zullen zijn dat in 3. genoemde punten geen realiteit is. Hoogopgeleiden zullen ook stellen dat hoogopgeleide burgers beter geïnformeerd zijn en daarom een luidere stem zouden moeten krijgen in de politiek.
Deze publicatie wil ik laten zoals het is en de conclusies voor zich laten spreken (anders met het gevaar dat de auteurs het gevoel hebben dat hun publicatie misbruikt wordt voor politieke doeleinden).
Dit zou dan weer een verklaring kunnen zijn dat een partij als de PVV zo groot is (geworden). Ondanks dat ze door links bespuugd en bespot worden, is deze partij blijkbaar, misschien naast de SP, een vertegenwoordiging van die groep die de beleidsonderwerpen in punt 3. belangrijk vinden.
Is het erg dat links deze groep niet vertegenwoordigt? Ja, vanuit democratisch oogpunt wel. Nee, op de manier waarop links denkt deze groep mee te krijgen niet. De wijze waarop links dit doet werkt averechts.
Links blijft namelijk alléén maar hameren op ‘nog meer en beter de burgers informeren’ en nog meer ‘het ‘eerlijke verhaal’ vertellen’ (dat vaak getuigd van een moralistisch verhevenheid) zonder ook maar écht te laten zien dat ze werken aan de beleidsonderwerpen in punt 3, waar blijkbaar ook behoefte aan is.
Zo moeilijk is dat niet links! Als je samen een huis wilt verbouwen, kan je wel eindeloos blijven lullen over hoe duurzaam de materialen zijn (fiks duurder), de architect echt deskundig is, het ook mooi past bij de rest van de wijk, enz.. Als je niet bereid bent om tegemoet te komen aan de wensen van je huisgenoten, bijvoorbeeld de functionaliteit, praktische inrichting, de verbouwing echt te duur wordt, geen veilige sloten, je zélf een patstelling creëert. Wij worden met onze wensen al vanaf het begin van de verbouwing uitgemaakt voor zeurpieten, angsthazerij en zuinigerd.
Okay en da nu weer terug naar de inhoud: de achtergronden van het artikel:
De samenvatting van het artikel in begrijpend Nederlands
Het bericht De politieke dominantie van hoogopgeleiden verscheen eerst op StukRoodVlees.
]]>Het bericht Nederland als plutocratie: vertegenwoordiging van inkomensgroepen in beleid verscheen eerst op StukRoodVlees.
]]>Het bericht Karl Marx en de afschaffing van de dividendbelasting verscheen eerst op StukRoodVlees.
]]>Het bericht Palin, Trump en de mobilisatie van onvrede verscheen eerst op StukRoodVlees.
]]>